Wie kan het beter, de psychotherapeut of de buurvrouw?
Zowel minister Schippers als hoogleraar prof. Jim van Os hebben haar genoemd: de buurvrouw die je toch evengoed met psychische problemen kan helpen als de psychotherapeut. En dat zou een hele hoop problemen oplossen, vooral op het gebied van geld (aldus Schippers) en op het gebied van effectiviteit en geestelijke gezondheid (aldus Van Os).
Nog afgezien dat heel veel mensen juist psychische problemen van hun buurvrouw krijgen, is het natuurlijk wel goed om hier eens bij stil te staan en dat doen natuurlijk psychotherapeuten die hun werk belangrijk vinden en daar bovendien vaak meer dan tien jaar voor hebben gestudeerd. Ook in het Tijdschrift voor Psychotherapie windt men zich er dus over op en daarvanuit popt een aantal interessante vragen op.
Lang leve het onderzoek
Omdat de psychotherapie een serieuze wetenschap wil zijn, beroepen ook psychotherapeuten zich graag op onderzoek. De affaire Stapel (om er maar eentje te noemen) heeft dat genoegzaam aangetoond. Ze zijn zo dol op onderzoek dat ze het desnoods verzinnen, als ze het maar ‘hebben’.
Onderzoek wordt gedaan naar behandelingen en naar behandelaars. En om een lang verhaal kort en eenvoudig te houden: bepaalde behandelingen worden goed onderzocht en blijken effectief te zijn. Vervolgens worden ze door behandelaars (psychotherapeuten) ingezet en dan blijken ze toch niet zo effectief. In welke zin waren ze dan effectief bevonden?
Wat is een goede behandelaar / therapeut?
Ook wordt er onderzoek gedaan naar de behandelaar. Wie is een goede en wie niet? Vanuit het aantal cliënten dat in de behandeling blijft en ook nog eens geholpen is, wordt teruggekeken naar de behandelaar en nagegaan waarin die dan zo goed was. En ook dat wordt vergeleken met studies naar kwaliteiten van behandelaren, waarover natuurlijk uit en te na een ‘discours’ wordt gevoerd.
De enige die in het verhaal niet aan bod komt, is de cliënt zelf. Ja, die mag vantevoren opgestelde lijsten invullen, de zogeheten voor- en nameting. Om te kijken of ‘de behandeling’ heeft gewerkt. Maar een evaluatie van de cliënt, liefst geheel en al in zijn of haar eigen woorden, nee, daar is geen sprake van. Omdat dat niet onderzocht kan worden?
Wat was cliëntgerichtheid ook alweer?
Soms is echt onderzoeken gewoon een kwestie van de juiste vragen stellen en vooral: goed luisteren. Cliëntgericht noemde Rogers dat al. Daar verstaan we nu iets anders onder, maar feit blijft dat je een goede therapeut bent als je cliënten goed kunt helpen. En natuurlijk kunnen buurvrouwen en ook buurmannen en alle andere mensen in je omgeving je helpen. Het is ook niet het een of het ander. Wel zou het wenselijk zijn als slechte therapeuten gewoon iets anders zouden gaan doen.